
Een presentatie maken? Trap niet in deze 3 denkfouten.
1. “Ik begin wel in PowerPoint.”
De allergrootste valkuil. PowerPoint is géén denkinstrument, het is een vormgevingsprogramma. Wie daar begint, gaat vorm zoeken zonder eerst inhoud te snappen.
Slimmer:
- Start met een schrijfboekje. Ga wandelen. Denk in concepten, niet in slides.
- Wat wil je dat je publiek voelt, onthoudt, doet?
2. “Ik hergebruik wel m’n vorige presentatie.”
Herkenbaar, snel, verleidelijk… en vaak de kortste weg naar een onsamenhangend verhaal. Die oude presentatie had toen al gaten. Waarom zou ze nu wél werken?
Slimmer:
- Gebruik ze hooguit als ruwe input. Niet als structuur.
- Stel je deze vraag: “Wat moet het publiek morgen nog weten?” Dat is je nieuwe vertrekpunt.
3. “Ik moet zoveel mogelijk vertellen.”
Een klassieker. Alles willen meegeven = niets blijft hangen. Je publiek is geen harde schijf. Het is een mens. Luisteren, kijken én onthouden tegelijk is topsport.
Slimmer:
- Kies je essentie. Herhaal die een paar keer.
- Gebruik de VVV-regel: vertel wat je gaat vertellen. Vertel het. En vertel wat je verteld hebt. Dat werkt. Altijd. Steve Jobs is hier een meester in.